“Kinderboeken Roald Dahl aangepast om ‘beledigende’ taal”, zo kopten diverse media dit weekend. Woorden als “dik”, “lelijk” en “kaal” worden aangepast om beledigend taalgebruik uit de boeken te verwijderen en ervoor te zorgen dat iedereen de boeken met plezier kan blijven lezen.
Ik moest er even heel diep van zuchten. Eerder schreef ik al eens over het uitstervende woord “handicap”, dat plaats heeft moeten maken voor het betuttelende “beperking”. Nu gaan we zover dat we kinderboeken die al decennia lang met veel plezier gelezen worden, aanpassen om ze inclusief te houden. En dat over de rug van een schrijver die zijn naam als auteur ziet staan, maar zelf geen enkele input meer kan geven.
Even terug naar die zogenaamde beledigende taal, die uit kinderboeken geweerd moet worden. Een dik jongetje is straks geen dik jongetje meer, maar een “enorm” jongetje. Taaltechnisch gaat het daar sowieso al mis, want wat is “enorm”? In elk geval geen kenmerk, zoals dik of kaal dat zijn. Eerder een voorzetsel, maar dan eentje zonder verdere uitleg. Maar dat is niet het enige kromme. De reden om “honderden kleine aanpassingen” te doen, is om beledigende taal te weren. En dat is gek. Heel erg gek. Wie bepaalt er dat “dik” of “kaal” negatief is? Een woord is slechts een verzameling letters zonder oordeel, totdat iemand er een oordeel aan verbindt. Tot het in een context wordt gezet; tot het met meerdere woorden een zin vormt, die bij elkaar weer een verhaal vormen.
Dat is ook precies waarom het compleet onzinnig is om bepaalde woorden te veranderen in iets dat men aangepaster vindt. “Dik” heeft geen negatieve associatie, totdat die negatieve associatie aangeleerd wordt.
Wat men nu doet, is dansen om de brandstapel heen.
Door woorden als dik, kaal en lelijk te verbannen, leg je er juist de nadruk op. Door ze uit context te halen, speciaal te maken en te omzeilen, creëer je een krampachtig ontwijkgedrag en maak je ze juist negatief. Iets dat niet hardop gezegd mag worden, wordt achter onze ruggen alleen maar veelvuldiger gefluisterd. Door ze te verbannen uit een kinderboek, geef je kinderen de indruk mee dat het vervelende woorden zijn.
Struikel niet over een woord, struikel over de bedoeling ervan. Door in de boeken van Dahl het woord “dik” te veranderen in “enorm” verander je de bedoeling van de zin niet, maar benadruk je juist dat “dik” een woord is dat een negatieve associatie verdient. Je verbant het niet voor niets, er zal dus wel iets mis mee zijn. En als er met de context van een zin an sich niets mis is, hoef je ook niet te struikelen over een enkel, los woord. Daar bereik je -al dan niet politiek correct- juist alleen maar het tegendeel mee.
Wil je kinderen écht leren wat inclusiviteit is, dan leer je ze dat woorden als “dik”, “kaal” en “slungel” in onze taal zitten, zonder dat ze daarmee een waardeoordeel over iemands persoon zijn. Daar lijken de boeken van Dahl me een uitstekend leermiddel voor. Niets dat zo sterk blijft hangen als een goed geschreven kinderboek.
En denken dat je door het aanpassen van een woord de bedoeling van een zin verandert, is dikk… Sorry.
Dat is corpulente onzin.
Helemaal met je eens, en ik word liever dik genoemd dan enorm, want bij dat woord heb ik dan weer een hele andere associatie. En kinderen kijken er sowieso al anders naar, m’n nichtje vroeg vorig jaar “why do you wear a dress in the swimmingpool, duidend op mijn wat langere tankini, ik zeg Well it’s to hide my fat parts, she replied you’re not fat, I said thank you…